[Dit artikel schreef ik voor de PDOJ.]

‘G1000 gaat niet over debat, dat hebben we de laatste tijd genoeg gezien’, zegt moderator Jerphaas Donner in de microfoon. ‘Het gaat over dialoog. Praat met elkaar zoals je in een café zou doen en deel je dromen en zorgen over Schiedam.’ Ongeveer driehonderd burgers, ondernemers en politici zitten aan tafeltjes in de Grote of Sint Janskerk voor de G1000 Schiedam. Met zijn zes eeuwen is de kerk het oudste gebouw in Schiedam. Er klinkt geroezemoes en gelach, dat weerkaatst tussen de metershoge zuilen. Her en der wuiven mensen enthousiast als ze onverwacht een bekende zien.

‘Ik weet niet goed wat we gaan doen, maar ik heb zin om ermee aan de slag te gaan’, zegt een vrouw die zich voorstelt als Irma. Aan de meeste tafels zit een divers gezelschap. Mensen schuiven vandaag gemakkelijk bij elkaar aan. Het voornaamste deel van het tafelblad wordt in beslag genomen door grote vellen papier waarop de deelnemers hun kernwoorden, dromen en ideeën schrijven. Die zijn er genoeg, zegt Jook de Haan terwijl ze met een brede lach binnenkomende deelnemers verwelkomt. Ze is lid van de organisatie in Schiedam en was er ook tijdens de eerste burgertop, vorig jaar. ‘Schiedammers zijn echte mopperaars. Maar sinds de vorige top merk ik dat er dingen veranderen, initiatieven worden genomen. Bijvoorbeeld op het gebied van afvalverwerking en kunstprojecten.’

Tegen verkiezingen

Het idee voor G1000 (G voor groep en 1000 voor duizend gelote burgers) komt uit België, van David Van Reybrouck. Het burgerinitiatief ontstond in 2010 tijdens de slepende kabinetsformatie in België. Iedereen lijkt naar democratie te verlangen, maar niemand gelooft er nog in, dacht Van Reybrouck. Zijn boek Tegen verkiezingen, een soort genealogie van de democratie, bespreekt allerlei bestuursvormen. Van de Grieken tot hedendaagse voorbeelden. Hij is ervan overtuigd dat de toekomst van democratie in loting ligt. Het huidige politieke systeem moet aangevuld worden met een groep gelote burgers die meebeslist. De selectie van deze burgers wordt aan het lot over gelaten. Zo wordt er niet geselecteerd op bijvoorbeeld afkomst, geslacht of opleidingsniveau. Iedereen heeft even veel kans, en komt op de lange termijn aan de beurt.

De deelnemers van de G1000 Schiedam zijn volgens hetzelfde principe geloot. Speciale software selecteerde 10.000 burgers. Zij kregen een uitnodiging. Omdat Schiedam geen grote gemeente is, zijn sommige burgers er voor het tweede jaar op rij. Ze zijn trots dat ze er weer bij mogen zijn.

[tekst gaat verder onder video]

Er is geen agenda bij G1000. De deelnemers zorgen zelf voor het resultaat en hoe het tot stand komt. Bij de drie rondes van het ochtendprogramma wordt vrijuit gepraat. Mensen luisteren goed naar elkaar. Elke ronde wisselen de tafels van samenstelling en ontmoeten de Schiedammers weer andere stadsgenoten. Althans, dat is de bedoeling. Twee oude dames hebben weinig zin om te verkassen en blijven drie rondes aan het tafeltje in de zon zitten. Ze zijn niet de enigen trouwens. Ook aan een paar andere tafels blijven de deelnemers alle rondes druk met elkaar in gesprek.

Woordwolk

Na elke ronde voert iedereen in de G1000-app een woord in dat hem is bijgebleven van het café. De woorden worden als woordwolk geprojecteerd op grote schermen die in de kerk hangen. De wolk verandert steeds van vorm terwijl de Schiedammers invoeren wat ze belangrijk vinden in hun stad. Hoe vaker een woord ingevoerd wordt, hoe groter het wordt. Dat worden de thema’s voor de middag. Op 1 april 2017 is een vervolgbijeenkomst. Wie wil, kan dan verder praten en ideeën concretiseren.

Zülfiker Güler, D66-raadslid, is verbaasd dat thema’s als werkgelegenheid en gezondheid niet groter zijn. Dat speelt erg in Schiedam, zegt hij. Ook hij noemt het mopperen. Maar het gaat beter, initiatieven als de G1000 stemmen hoopvol. Hij had goede gesprekken vanmorgen. ‘Ik heb gegevens uitgewisseld met twee studenten. Zij hadden inspirerende ideeën over betrokkenheid van studenten, huisvesting, koppeling met de arbeidsmarkt. Ik ga binnenkort met ze afspreken.’

Elke gemeente een G1000
Schiedam is niet de enige Nederlandse plaats waar een G1000 wordt gehouden. Veertien gemeentes hebben er een gehad sinds Harm van Dijk in 2013 met David Van Reybrouck in contact kwam. Van Dijk voelde zich zo aangesproken door zijn ideeën, dat hij besloot het fenomeen naar Nederland te halen. Bij de meeste G1000-bijeenkomsten is hij aanwezig, ook vandaag in Schiedam. Zijn droom: ‘In elke gemeente een G1000, grondwettelijk vastgelegd. Dat Ron van den Ende, de initiatiefnemer in Schiedam, er iets jaarlijks van maakt, vind ik geweldig.’ De representatieve democratie, een keer in de vier jaar stemmen, vindt Van Dijk niet meer van deze tijd. ‘Instituties om de democratie te verankeren zijn mooi, maar het systeem wordt slecht gebruikt.’ Van Dijk gelooft in zelfsturing, ‘daardoor worden burgers eigenaar van hun gemeenschap’.

Voor de middag is de zaal ingedeeld in vakken. Elk vak hoort bij een thema dat uit de woordwolk komt. Wie wil praten over veiligheid, gaat in vak 1 zitten. In vak 6 spreken negen mensen over het thema stadsambassadeurs. Een van de oude dames die eerder niet wilde verzitten, is ook aangeschoven. In alle zeven blokken komen een paar dingen terug. Mensen van buiten weten weinig over Schiedam, maar ook bij inwoners mogen ‘de pareltjes best wat meer onder de aandacht gebracht worden’. Schiedammers mopperen graag, ‘toch zijn we trots op onze stad’. Ze zijn ontevreden met de leegloop en vergrijzing, maar de wil om te investeren is er. Deze G1000 maakt van iedereen een beetje ambassadeur.