Op 24 november hield verpleeghuis de Blinkert een open avond voor de buurt. Verspreid door het tehuis hingen elf foto’s die ik maakte van het leven en de bewoners daar, en bij elke foto een korte tekst die ik schreef na een gesprekje met de geportretteerde bewoner. Deze teksten en foto’s vind je hieronder.

De Baarnsche Courant publiceerde 21 november een interview van mij met de locatiemanager (verscheen eerder op valente.nl):

Ontmoet elf bewoners van de Blinkert

Deng

Deng is geboren en getogen in Soedan en had daar een goede baan in de politiek. Sinds hij is opgenomen in de Blinkert neemt hij overal zijn zwarte koffer mee naartoe, je zult hem nooit tegenkomen zónder.

Hij is een rustige en vriendelijke man en behulpzaam naar zijn medebewoners. Hij houdt van goed eten, vooral de buitenlandse gerechten. Maar ook patat met een stuk kip vindt hij lekker. Tijdens het avondeten bidt Deng graag in zijn eigen taal en neemt iedereen hierin mee.

Uitslapen vindt hij heerlijk, of in bed liggen met de televisie aan als het buiten hard regent. Maar hij is ook actief en wandelt graag met een sigaretje erbij, samen met zijn externe activiteitenbegeleiders. Deng houdt ook van muziek en heeft regelmatig opgetreden in Tivoli in Utrecht met medebewoners van de Blinkert.


André

André en Serge spelen pool. Dat doen ze vaak, maar vandaag zijn ze nog niet echt in vorm. Ze spelen ook wel met moeilijke regels: de laatste bal, de zwarte, moet via de band in de juiste pocket worden geschoten.

André, of Dre zoals hij meestal genoemd wordt, woont nu drie jaar in de Blinkert. In die tijd zijn ze op de afdeling zes bewoners verloren, echte vrienden. Dat doet wel pijn. Hij denkt meteen terug aan een van hen, een lange Utrechter en echte FC Utrecht fan. Zelf is Dre voor Ajax dus dat was altijd bakkeleien, vonden ze leuk. Zijn ogen twinkelen als hij eraan terugdenkt. Behalve voetbal kijken houdt hij van tekenen. Elke week volgt hij tekenles, dat doet ‘ie graag. Hij tekent ook Ajax dingen, maar eigenlijk van alles.


Huub

Huub speelt een potje rummikub in de Herberg, de gemeenschapsruimte. Hij drinkt moccachino, dat vindt hij het lekkerste drankje uit de automaat daar. Behalve rummikub speelt Huub graag Mens erger je niet, gezellig aan tafel, maar er zijn niet veel bewoners die ook houden van spelletjes. Dan maar met de begeleiding.

Huub speelt een potje rummikub in de Herberg, de gemeenschapsruimte. Hij drinkt moccachino, dat vindt hij het lekkerste drankje uit de automaat daar. Behalve rummikub speelt Huub graag Mens erger je niet, gezellig aan tafel, maar er zijn niet veel bewoners die ook houden van spelletjes. Dan maar met de begeleiding.

Gisteren heeft hij iets heel anders gedaan: als enige man deed hij mee aan de beautydag. Huub giechelt. In de luxe beautystoel werd hij lekker verwend met een maskertje en een manicure. Zijn gezicht straalt er nog helemaal van.


Peter

Peter komt oorspronkelijk uit Baarn, een echte Barenees. Hij zit lekker in de huiskamer van de afdeling waar hij woont, of op het balkon dat eraan grenst. Hij heeft zich net geschoren en gedoucht. Voor de foto? Jazeker zegt hij, maar hij kijkt een beetje spottend. Hij heeft nog wel eens model gestaan voor een kledingmerk, voegt hij eraan toe.

Veel van wat Peter zegt moet je met een korreltje zout nemen weet ook Sanne, met wie hij aan tafel in de huiskamer zit. Hij maakt veel grapjes en kan behoorlijk sarcastisch uit de hoek komen. Maar hij is heel lief. Hij is al een paar keer (‘veel te veel’) opgenomen geweest in de Blinkert, vanwege drankgebruik. Hij houdt van schilderen en muziek.


Henk

Henk snijdt uien voor de soep die de hele benedenverdieping straks als lunch krijgt. Koken is niet zijn vak, grapt hij, al zien de uitjes er keurig uit. Hij was chemicus en maakte fotografische emulsies bij een bedrijf in Soestduinen. Voor fotopapier, bijvoorbeeld voor van die fotohokjes die lange tijd op stations stonden. Nu gaat dat allemaal digitaal natuurlijk. Daar voelt hij zich wel oud door, al die ontwikkelingen. Maar het hoort bij het leven, zegt Henk.

Hij zat ook een tijdje in de film- en fotodienst bij het leger, en stond voor de klas. Kinderen pesten met moeilijke dingen, noemt hij het, maar een begeleider die hem hoort zegt dat Henk vast en zeker een heel leuke leraar was. Zijn zoon is in zijn voetsporen getreden en fotograaf geworden. Hij komt elke week langs, net als zijn dochter. Fijn dat ze in de buurt wonen.


Pieter

Zeven maanden geleden kwam Pieter binnen. Pieter, of Piet, was een paar keer flink gevallen en zat in een rolstoel. Hij kon niks zelf, bij alles had hij hulp nodig van de verpleging. Dat wilde Piet niet meer. Hij wilde heel graag snel weer kunnen lopen, dan had de verpleging geen last meer van hem. Dat laatste hoefde hij niet te denken, zei fysiotherapeut Ewout, maar snel lopen gaan we doen.

Drie keer per week krijgt Piet fysio, ze hebben eigenlijk alle apparaten en oefeningen wel gehad. En het gaat hartstikke goed. Hij heeft voor de zekerheid een rollator maar loopt zelf naar de Plus. Op de loopband gaat hij per dag een tiende kilometer sneller; in dit tempo kan hij over twee maanden rennen. Ewout noemt hem een voorbeeld voor anderen: Piet heeft veel wilskracht, vertrouwen én hij komt opdagen. Dan komt je potentieel tevoorschijn. In het begin had hij angst, en bij nieuwe oefeningen nog wel eens, maar hij doet het toch maar. Piet lacht verlegen en haalt zijn schouders op; hij houdt van sporten.


Jody

Jody, Marlies en Linda gaan naar de geitjes Molly en Dolly. Lekker knuffelen en wat eten geven.

Jody kan niet meer praten en weinig bewegen. Ze is helemaal in zichzelf gekeerd maar vindt lichamelijk contact en aandacht fijn. Helaas gaat ze steeds verder achteruit; toen ze binnenkwam kon ze lopen.

Jody houdt van kunst, ze kon goed schilderen en tekenen. Je ziet haar genieten als ze naar de geitjes gaan, die eigenlijk alleen bij haar op schoot springen, soms helemaal tegen haar schouders op. De begeleiding legt een dikke deken of trui op haar schoot zodat de hoefjes niet te hard in haar benen duwen.


Elke

In Elke’s kamer vallen meteen de foto’s en mooie dingen op, zoals beeldjes en een herfstkrans die ze heeft opgehangen nu het najaar weer begint. De foto’s zijn van haar drie kinderen en vijf kleinkinderen. En een van Elke en haar man, die tien jaar geleden is overleden. Hij was een lieverd, zegt ze met zachte ogen, ze hadden het heel goed samen.

Er heerst een fijne rust in de kamer, zegt iedereen. Elke woont er nu ongeveer een half jaar. Ze zijn aan het zoeken naar iets in Ouderkerk waar haar kinderen ook wonen, maar er is een wachtlijst. Ze heeft niks te klagen in de Blinkert; er wordt goed voor haar gezorgd, er zijn mensen om haar heen maar ze mist wel haar eigen plekje en spulletjes. Ze mist vooral haar kat, van wie ze ook een foto heeft. Die is nu gelukkig bij een bekende in huis die zelf ook een kat heeft. Dat is fijn want dan hoeft ze daar niet meer bezorgd over te zijn.


Helen

Helen heeft MS en zit in een rolstoel. Eind juni bleef ze tijdens een wandeling heel rot hangen met een van de kleine voorwieltjes en viel voorover in een greppel, met 160 kilo stoel boven op haar. Ze brak meerdere ribben en moest worden geopereerd aan haar ruggenwervels. Het was kantje boord. Toen ze op de intensive care lag, droomde ze van haar vader. Hij leeft niet meer. Toen hij overleed, heeft Helen geen afscheid van hem kunnen nemen. Misschien kwam hij daarom langs in haar droom, om toch gedag te zeggen. Hij heeft haar gered denkt ze, als engel. Toen ze uit het ziekenhuis was, heeft ze daarom een hangertje van een engeltje gekocht voor aan haar halsketting.

Ze is nog aan het revalideren en doet dat graag op de Silverfit. Op dat apparaat kun je fietsen met je voeten of je handen. Ervoor staat een scherm dat eraan gekoppeld is, waarmee je routes door plekken over de hele wereld kunt fietsen. Veel bewoners kiezen voor Amsterdam. Helen gaat vandaag voor de Alberta Rockies.


Hadi

Of Hadi mee wil op de duofiets? Zeker. Dat is zijn stopwoord, en op de duofiets vindt hij geweldig. Hij begint meteen te lachen. ‘Onze schuddebuik’, noemen ze hem, vanwege zijn aanstekelijke lach. Als Hadi lacht, lacht iedereen mee. Hij lacht zo graag, dat hij zelfs schuddebuikjes krijgt voor Sinterklaas.

Ze rijden een paar keer voor de Blinkert langs op de duofiets. Het gaat best hard. Na nog een rondje door de wijk mag de fiets weer naar binnen. Lekker gefietst Hadi? Zeker.


Manus

Een bekend gezicht voor de ingang van de Blinkert: Manus in zijn rolstoel met een dikke sigaar. 87 jaar is hij, en daarmee de oudste bewoner. Sinds zeven jaar woont hij in het verpleeghuis in Baarn. Drie keer per week komt zijn zoon Manus junior langs. Hij hoort bij meubilair zegt hij grijnzend: als antiek. Maar 87 zijn is hard werken, je mankeert vaak wat. Nu heeft hij last van zijn kaak, dat is lastig met eten. Binnenkort kan hij bij de chirurg terecht.

Hij zit graag op zijn eigen kamer, maar bijna alle bewoners kennen hem, zijn sigaar en ook zijn mondharmonica. Daar kan hij mooi op spelen. Soms zomaar, en ook op uitvaarten in het tehuis. Vroeger zong hij in mannenkoor Mastreechter Staar. Wonen hier bevalt, je moet het doen met wat je hebt.

Z’n longen zijn nog goed, zegt hij terwijl hij de mondharmonica aan zijn lippen zet voor een deuntje – sigaar in de hand.

De Blinkert is een specialistisch verpleeghuis voor mensen met multi-problematiek, bestaande uit somatische zorgvragen in combinatie met psych(iatr)ische-, sociaal-maatschappelijke en/of verslavingsproblematiek. Cliënten hebben vaak een verleden als dakloze en diverse maatschappelijke problemen, waardoor zij niet binnen het reguliere zorgaanbod passen. Meer vind je hier.