Dit artikel verscheen op 9 juni online en in print in dagblad Trouw.

Dementie vaststellen lang voordat een patiënt klachten heeft. Voor nieuwe software die daaraan hopelijk bijdraagt, kregen Rotterdamse wetenschappers deze week een prijs.

wetenschapsprijs-voor-software-die-helpt-bij-ontdekken-dementie-kim-van-de-wetering-trouwOp het eerste gezicht is alles in orde. Neuroradioloog Meike Vernooij wijst op een MRI-scan van een 74-jarige man. “Hier zie je zijn hersenen van bovenaf.” Dan wijst ze op de cijfers van de analysesoftware. Van een hersenkwab is de linkerhelft kleiner dan de rechter. Mogelijk dementie.

Vernooij en hoogleraar medische beeldverwerking Wiro Niessen analyseerden MRI-scans van gezonde mensen en mensen met dementie die de afgelopen 15 jaar door het Erasmus MC werden verzameld. Gevorderde Alzheimer of andere vormen van dementie zijn op de foto’s goed te zien. Beginnende dementie niet met het blote oog. De analysesoftware van Niessens groep kan die minieme ontwikkeling wel detecteren. Het programma kijkt naar elke hersenkwab en berekent de herseninhoud. Door scans uit verschillende perioden te vergelijken, wordt het verloop zichtbaar. Krimp kan duiden op dementie.

Datawetenschap

De techniek die Niessen gebruikt, wordt al langer toegepast in onderzoek, maar wordt nu bruikbaar gemaakt voor patiënten in ziekenhuizen. Het is een vorm van datawetenschap, kort gezegd het ontdekken van verborgen patronen in grote hoeveelheden data. Niessen wilde dat artsen en patiënten ervan kunnen profiteren en richtte Quantib op. De software die het bedrijf ermee maakte, kreeg de Anthony Fokker-prijs, een van de drie Nederlandse Data Science Prijzen. Aan de prijs is een bedrag van vijfduizend euro verbonden.

Dementie zal door de vergrijzing steeds vaker voorkomen. Tussen de eerste klachten en de uiteindelijke diagnose zitten gemiddeld veertien tot twintig maanden. Door datawetenschap toe te passen, kan die tijd hopelijk worden ingekort. “Er komt waarschijnlijk geen pil voor mensen die al zwaar dement zijn, daarvoor zijn de hersenen te zeer beschadigd”,, zegt Niessen. “De beste kans is om er vroeg bij te zijn. De patiënt kan eerder en betere therapie en medicatie krijgen.” Uiteindelijk hoopt Niessen dat de ziekte ooit afgeremd kan worden – of zelfs gerepareerd.